De keuze van Charlotte


Erfgoed in de Elisabethwijk (Sint-Niklaas) 

Prins Leopoldplein

De bebouwing in de Elisabethwijk, ten oosten van het station van Sint-Niklaas, is op zijn minst interessant te noemen. Plannen voor de aanleg van de wijk kwamen er in de jaren 1920. August Waterschoot, toen de stadsarchitect van Sint-Niklaas, voorzag twee centrale pleinen: het Koningin Elisabethplein en het Prins Leopoldplein. De hoofdlaan werd de Koningin Elisabethlaan. Vooral hier werd veel aandacht besteed aan de architectuur. August Waterschoot ontwierp ook als privéarchitect enkele gebouwen, net als zijn zonen Leander en Rafaël. Een mooie samenwerking tussen August en Leander is het burgerhuis in art deco-stijl op het Prins Leopoldplein. Typisch voor de art-decostijl is de geometrische vormentaal die terugkomt in de venstervormen met afgeschuinde bovenhoeken en de bovenlichten in glas-in-lood. De sterk overkragende kroonlijst en de gebogen erker met smeedijzeren hekje zijn eveneens kenmerken van de Waterschoots. 

Voor de rest van de gebouwen werd beroep gedaan op belangrijke architecten die actief waren in Sint-Niklaas. Eén daarvan was Hilaire De Boom. Zijn eigen woning is te vinden in de Nijverheidsstraat, een andere wijk waarvan het bouwkundig erfgoed in kaart zal worden gebracht. Voor de Koningin Elisabethlaan tekende hij een ensemble van twee interbellumwoningen. Deze modernistische stijl is ook heel goed vertegenwoordigd in de wijk. De Boom was ook de architect van een woning op het Koningin Elisabethplein. De driezijdige erker met bekronend balkon en veelhoekige vensters zijn weer typisch art deco. De woning ernaast, op nummer 9, is gesigneerd door architect Robert Hebb. Hij was gekend voor zijn meer zakelijke en functionele vormgeving. Hebb stierf al op jonge leeftijd, dus hij liet maar weinig gebouwen na in Sint-Niklaas. 

Er is ook eenvoudigere architectuur in de wijk terug te vinden, maar daarom niet minder waardevol. Door de bloeiende textielindustrie kwamen op deze plek veel arbeiders wonen.

Oude Molenstraat

Daarom gaven de fabrikanten de opdracht om arbeiderswoningen op te trekken, gewoonlijk iets kleiner van omvang en zonder aandacht voor de individualiteit van de gevels. Zo zijn er in de Elisabethwijk nog enkele gevelrijen bewaard. E. Bulteel bijvoorbeeld vroeg Rafaël Waterschoot vier rijhuizen te ontwerpen en een groter huis voor zichzelf. Het is moeilijk om de rijen te bewaren als uniform geheel, maar toch zien we hier nog mooie ensembles opduiken in de Oude Molenstraat en Minderbroedersstraat.

De Elisabethwijk is dus een heel veelzijdige wijk waarin verschillende bouwstijlen uit de interbellumperiode aan bod komen. Door de wijk te inventariseren, hebben we hier een beter zicht op gekregen. Nu wordt er aan een visie gewerkt voor het behoud van het aanwezige erfgoed.  

 

‘De keuze van Charlotte’ is een wekelijkse zomercolumn waarin Charlotte Delannoye haar eigenzinnige blik laat vallen op een of meerdere stukjes bouwkundig erfgoed in het Waasland, die al dan niet op de inventaris van het Agentschap Onroerend Erfgoed staan.

Erfpunt verbindt en inspireert