Veldtechnicus Dirk Boel getuigt over de opgraving van de (Doelse) kogge

Veldtechnicus Dirk Boel getuigt over de opgraving van de (Doelse) kogge

Dirk Boel was 32 jaar lang in dienst bij Erfpunt en ontdekte samen met archeoloog Jean-Pierre Van Roeyen een historische kogge bij de uitgraving van het Deurganckdok in Doel. Deze vondst was een enorm belangrijk moment in het bestaan van Erfpunt en van onderzoek naar maritiem erfgoed in Vlaanderen in het algemeen. Een gesprek met Dirk over deze uitzonderlijke vondst.  

Erfpunt: “Dag Dirk, waarom waren jullie aanwezig op de plaats van de vondst?”

Dirk: “Mijn collega, Jean-Pierre, en ik volgden de uitgraving van het Deurganckdok in Doel op. De werf daar was immens groot, met vrachtwagens die wielen hadden van wel 2,5 meter hoog en graafkuilen van maar liefst 150 meter breed. In het begin hadden we nog geen auto om ons te verplaatsen op de werf en moesten we wel een uur wandelen om tot bij de uitgravingen te komen. In de grachten die daar uitgegraven werden, bekeken we onder andere het profiel van de bodem. Zo konden we allemaal verschillende banden in de bodem herkennen: klei, schelpen, turf …

Erfpunt: “Was het dan tijdens het bestuderen van de bodem dat je iets ontdekte?”

Dirk: “Ja, zo ongeveer. Het was enorm slecht weer en er moesten extra grachten gegraven worden om de wateroverlast tegen te gaan. Jean-Pierre was ook in deze grachten de profielen aan het bekijken, maar om eerlijk te zijn was ik dat een beetje beu. Ik wandelde daarom wat verderop en plotseling zag ik in de wand van de gracht, daar waar de kraan gegraven had, houten balken zitten waarop ook planken genageld zaten. Toen drong het tot me door: hier zitten nog allerlei dingen in de grond verborgen!

Erfpunt: “Had je dan al meteen door dat het om zo’n kogge ging?”

Dirk: “Helemaal niet. .Jean-Pierre en ik stonden vooral enorm versteld en we waren het erover eens dat we zo snel mogelijk naar onze baas moesten bellen. Herinner je je nog dat ik zei dat het een uur wandelen was naar de graafplaats? We moesten dus eerst een heel eind wandelen om te kunnen gaan bellen in een telefooncel, en daarna weer dat hele stuk terugwandelen. Ik had nog snel mijn schop in de aarde gestoken om de plaats van het hout makkelijk te kunnen lokaliseren. Helaas, toen we terugkwamen, was de hele wand van de gracht ingezakt en was alles bedolven onder de aarde. Alleen onze schoppen staken er nog net bovenuit. Gelukkig stonden wij op dat moment niet bij die gracht, anders had het voor ons ook slecht kunnen aflopen.

Erfpunt: “Hoe hebben jullie dan de juiste plaats kunnen terugvinden als alles was ingezakt?”

Dirk: “We hebben meteen gevraagd om de kraan die daar bezig was, te laten stilleggen. Later zijn de graafwerken terug begonnen en ontdekten Jean-Pierre en ik dat er op heel wat meer plaatsen nog stukken hout in de wanden of de bodem zat. We waren natuurlijk maar met ons tweeën en konden niet meteen alles vastleggen. Toen we de volgende dag terugkeerden waren enkele van de houten restanten al meegenomen door kranen. Enkel hetgeen ik in de wand had zien zitten, zat er nog steeds. Later ontdekten we dat het ging om een middeleeuwse kogge, een soort (vracht)schip van in die tijd. Dat is dan ook de kogge waarmee we aan de slag zijn gegaan.”

Erfpunt: “Dat klinkt als een enorme vondst en een enorm werk om de volledige kogge op te graven.”

Dirk: “Dat klopt. We zijn bijna drie maand bezig geweest op de opgravingssite. De kogge was immens groot en omdat de planken te lang waren kon de boot niet in zijn geheel bewaard blijven. We moesten dus het hele schip uit elkaar halen en daarvoor een deel van de lange planken doorzagen. We hadden 20 of 30 speciaal ontworpen containers nodig om de gedemonteerde kogge op paletten te kunnen vervoeren. Daarnaast was het hout van de kogge na al die tijd week geworden en moesten we de boot een hele tijd zien nat te houden met tuinslangen om ervoor te zorgen dat het hout niet versplinterde.

Als je daar meer over wil weten, kan je best de lezing van Karel Vlierman op 12 oktober volgen.

We werkten soms door in het weekend, en we organiseerden zelfs een kijkdag voor mensen die geïnteresseerd waren in de vondst van de kogge. We moesten daarnaast ook rekening houden met de bedrijven die de werken aan het Deurganckdok uitvoerden en de vertraging die ze opliepen. Het was zwaar en soms gevaarlijk werk, maar we deden uiteindelijk wel een uitzonderlijke vondst.”

Erfpunt: “Bedankt voor je geweldige verhaal, Dirk.”

Erfpunt verbindt en inspireert